Rijtest E-PACE!
Tegenwoordig kan je niet alleen bij Land Rover terecht voor een offroader, ook Jaguar timmert hard aan de weg om een graantje mee te pikken van de wereldwijde groei in SUV verkopen.
[Eerst kijken, dan lezen? Bekijk de video HIER!]
Naast de F-PACE en de I-PACE (concept) wordt dit de derde SUV in de line-up bij Jaguar. Daarmee hebben ze straks net zo veel SUV’s als traditionele Britse sedans in de showroom staan.
Sportievere looks, maar…
Hier voel je hem al aankomen. In de basis is er niets mis met de rijeigenschappen van de E-PACE. Net zoals de meeste anderen in deze klasse is de E-PACE met vierwielaandrijving vooral heel erg neutraal. Stuur de voorwielen een kant op en de achterwielen volgen die koers. Vlam het gas erop en heel veel spannender wordt het niet, uiteindelijk trakteert de E-PACE je op veilig onderstuur. Er is niets mis mee, maar in het gamma bij Jaguar is de E-PACE daardoor wel een uitzondering. De grip is echter wel erg goed en de communicatie door het stuur ook. Daardoor is het misschien wel extra jammer dat het nooit echt leuk wordt om te rijden, het is vooral veilig en that’s it.
De layout van de aandrijflijn wijkt ook af van alle andere Jaguars. In plaats van een in lengterichting geplaatst motorblok die de achterwielen aandrijft, heeft de E-PACE een dwarsgeplaatst blok wat in eerste instantie de voorwielen van kracht voorziet. Die opzet deelt de E-PACE met zustermodellen Evoque en Freelander.
Ook bij BMW zie je dit verschil tussen de kleintjes en de “echte”. Het lijkt (ook) daar de verkopen nog niet te schaden. Mocht je zelf niet de ambitie hebben om met je compacte SUV een bergpas op te driften, dan kan je dit hele stuk ook wegwuiven als het gejank van een autoliefhebber.
Sportieve looks!
Het mag gezegd worden, maar jammie wat is de E-PACE goed gelukt in deze R-Dynamic trim. Dikke 20” lichtmetalo’s helpen, de sportievere bumpers ook, maar het is tevens de basisvorm die goed smoelt. De aflopende daklijn geeft de koets wat snelheid en er zitten lekker wat hints naar de F-Type in. De korte overhangen en herkenbare Jaguar grille maken het plaatje voor mij in ieder geval op de juiste manier af.
Motoren
Jarenlang kochten klanten massaal SUV’s met een diesel, maar er is daar toch een kentering te zien. Gelukkig voor Jaguar hebben ze voor beide brandstoffen fijne blokken in het rek liggen en voor wie elektrisch wil rijden komt dit jaar nog de I-PACE.
Instapper is de twee liter grote diesel, die via een handbak 150 pk op de voorwielen afvuurt. De sprint naar de 100 duurt 10,1 seconden en de topsnelheid ligt op 199 km/u. Als dat langzamer mag, dan valt er ook te kiezen voor dat blok met vierwielaandrijving en/of automaat. Sneller kan het allemaal ook, dan kies je voor de 180 pk diesel die altijd vierwielaandrijving heeft en optioneel een automaat. Met die laatste variant mocht ik op pad en genieten van een top van 207 km/u en een sprint naar de 100 in 9,3 seconden. Nee, snel is het niet, maar dat komt omdat al dit soort SUV’s net even een tandje meer wegen dan een vergelijkbare sedan of station. Elke E-PACE -op de instapper na- gaan royaal over de 1800 kg.
Als het nog sneller moet of mag, dan zijn er nog de 240 pk diesel en twee benzinevarianten die respectievelijk 250 en 300 pk leveren. Met die 221 kW (300 pk) sterke Ingenium-turbomotor sprint de E-PACE in slechts 6,4 seconden van 0 naar 100 km/uur, de topsnelheid is dan elektronisch begrensd op 243 km/uur.
Wat betreft de geteste D180 automaat: voor de meeste mensen zullen de prestaties voldoende zijn, maar met iets meer oompf wordt de E-PACE zeker fijner.
Niet bepaald typisch Brits
Als je leer en hout verwacht, dan krijg je alleen het eerste in het interieur van de E-PACE. De layout doet denken aan de F-Type met de typerende middenconsole, driespaaks sportstuur en diepliggende tellers. In de laatste opmerking zit ook wat venijn, want bij de concurrentie krijg je grotere schermen in plaats van ouderwetse tellers. En in een traditionele sportauto valt er nog iets voor te zeggen om lekker grote analoge tellers te hebben voor dat extra stukje beleving, maar in een SUV voelt het wat gedateerd aan. Het mooie dubbele scherm zoals we bij de Velar vonden, heeft zijn weg nog niet gevonden naar de E-PACE, dus er is niets waarmee de compacte Jaguar eruit springt. Het is netjes, de stoelen zijn op zich fijn, de ruimte op de achterbank is prima, maar de kofferbak is weer niet zo heel groot.
Wat zeg je?
Dan een wat serieuzere klacht die zeker niet alleen met smaak te maken heeft. Het infotainmentsysteem van de E-PACE is ondermaats. Om het onder de noemer “karakter” maar weg te wuiven is te makkelijk. Wederom: wellicht in een sportauto die alleen in het weekend wordt gebruikt, maar dit is in zekere zin gewoon “vervoer”. Fraai vervoer dat absoluut, met een mooie merknaam, maar het is geen F-type.
Even de klachten op rij: de kwaliteit van de telefoongesprekken is slecht, gevoelsmatig vloog ik even terug naar eind jaren negentig met de eerste carkits. Bellen kon, maar ontspannen was het nooit en een belangrijk gesprek deed je zeker niet via de carkit.
Dan was er het probleem dat ik mijn straat niet kon terugvinden. Niet letterlijk, want de weg naar huis is meestal niet echt een probleem, maar de straatnaam bleef onvindbaar. De lengte van de straatnaam lijkt het issue te zijn, want ook andere lange namen bleven zonder resultaat. Aangezien er alleen maar een vrij tekstveld is om te zoeken, houdt het snel op om alternatieven te zoeken.
Conclusie en concurrentie
Jaguar bestempeld de E-PACE tot hot hatch van zijn segment, maar die bewering maken ze niet echt waar. Meer pk’s zou helpen, maar dan nog is het onderstel niet heel inspirerend. Overigens is geen van de concurrenten (XC40, Q3, X1) echt heel leuk om te rijden, daarvoor kies je toch het beste voor een lager modelletje uit de range, als ik terugdenk aan het rijden in de Jaguar XE krijg ik weer een glimlach op mijn gezicht.
Toch wil ik de E-PACE niet afserveren, want ondanks de minpunten roept de auto ook hebberigheid op. De looks zijn lekker, het merk is mooi en aan boord is zeker niet alleen maar kommer en kwel. Grappig he, met een beetje karakter vergeef je auto’s (en mensen) hun minpunten. Het leven is tenslotte veel te kort om het saai te laten zijn. De E-PACE was een fraaie verschijning voor het keukenraam, die ik dan stiekem weer een klein beetje mis. Filmpje!